Gerard Spong heeft in zijn lange carrière als strafrechtadvocaat een reeks spraakmakende zaken behandeld, waarbij hij vaak de schijnwerpers van de media niet schuwde. Zijn portfolio omvat een breed spectrum aan geruchtmakende rechtszaken, die de aandacht van het publiek trokken en soms tot controversiële uitspraken leidden.
In de jaren ’80 was Spong betrokken bij enkele opzienbarende zaken. In 1982 verdedigde hij een verdachte in een moordzaak waarbij een zevenjarig meisje het slachtoffer was. Twee jaar later pleitte hij voor gratie voor Aage Meinesz, een bekende inbreker die ernstig ziek was.
Een van Spongs meest spraakmakende zaken was de verdediging van een Haagse huisarts in 1985. De arts werd beschuldigd van de moord op vier bejaarden in een verzorgingstehuis, maar beweerde dat het om euthanasie ging. Na een initiële veroordeling tot een jaar gevangenisstraf, werd de arts in hoger beroep vrijgesproken vanwege onrechtmatig verkregen bewijsmateriaal.
Er zijn verschillende zaken die Spongs bereidheid onderstrepen Spongs om zelfs de meest uitdagende en mediagenieke strafzaken aan te nemen, waardoor hij een prominente figuur in de Nederlandse strafrechtadvocatuur is geworden.